Als ik al meer dan vijf jaar actief is op het gebied van civiele technologie, heb ik veel mogelijkheden om na te denken over de motivatie van mensen om mee te doen, te stemmen en hun houding te uiten met behulp van verschillende digitale en niet-digitale middelen. Wanneer de discussies over het onbenutte potentieel van betrokkenheid op EU-niveau opduiken, suggereren vaak genoeg mensen dat de motivatie van een actieve EU-burger hoogstwaarschijnlijk haar oorsprong vindt in zijn of haar eigen ervaring met lokale democratische oefeningen, in hun land of stad, of zelfs op straat waar zij wonen.
Deze maar onbeproefde theorie suggereert dat als mensen zich in staat voelen om te veranderen of iets te beïnvloeden dat dicht bij hen ligt, zij zich alleen in staat zullen voelen om hun houding ten aanzien van kwesties en beleidsmaatregelen in verband met Europa kenbaar te maken. Bijvoorbeeld hun mening over bijenvriendelijke landbouw of een verbod op grootschalig biometrisch toezicht. Beide Europese burgerinitiatieven zijn momenteel, naast twaalf andere, actief bezig met het verzamelen van handtekeningen.
Dit alles leidde mij tot een vraag — kan het falen van het activisme van lokale burgers gevolgen hebben voor onze betrokkenheid bij kwesties die veel verder van ons verwijderd zijn, op EU-niveau?
Motivatie om deel te nemen
Om de mogelijke relatie tussen de verschillende niveaus van betrokkenheid iets verder aan te pakken, zou het nuttig zijn om te kijken naar de algemene motivatie en de factoren die bijdragen tot het activisme van de mensen. Academici suggereren verschillende factoren die bijdragen tot de bereidheid van de bevolking om betrokken te worden bij het creëren en herverdelen van collectieve goederen, waaronder het uiten van hun politieke mening over specifieke kwesties. Ten eerste kunnen de verschillende gemeenschappen en netwerken waartoe het individu van nature behoort (bijvoorbeeld door geboorte in een specifiek gezin) of vrijwillig (bv. universiteit of religieuze gemeenschap) de motivatie beïnvloeden en meer mogelijkheden voor een persoon ontberen om zijn mening te uiten of beslissingen te proberen te beïnvloeden, zoals benadrukt door de Letse onderzoeker J. Nikisins in zijn studie van 2019 „Individuele en collectieve betrokkenheid bij het oplossen van problemen die relevant zijn voor de gemeenschap en de samenleving”.
Een andere benadering om inzicht te krijgen in de door J. Nikisins gesuggereerde motivatie van activisme is dat mensen handelen en proberen veranderingen teweeg te brengen in hun directe of bredere omgeving als reactie op een probleem of een nieuwe behoefte die het individu als vertegenwoordiger van een sociale groep treft. In wezen worden mensen actief waar zij de kloof tussen de gewenste en de werkelijke situatie voelen en de ontevredenheid die ze met zich meebrengen.
Ik heb echter opgemerkt dat geen van deze theorieën wijst op een brede verdeling tussen activisme op verschillende schaal en op verschillende niveaus. Zij versterken alleen de universele motivatiefactoren voor mensen om zich in te zetten. Het is niet van belang of het gaat om het verdedigen van de rechten van mensen in een bepaalde gemeente of in de regio waarin zij wonen. Het gaat niet noodzakelijk om de plaatselijke ervaring van een persoon in het verleden. Het gaat er meer om een algemene motivatie te hebben om deel te nemen met het oog op een betere verandering van dingen.
Als iemand op een of andere manier de impuls voelt om deel te nemen aan burgeractivisme, kan hij of zij dat ook op EU- of mondiaal niveau doen. Uiteraard hangt het altijd af van de specifieke vorm van activisme, aangezien sommige ervan kunnen betekenen dat de persoonlijke middelen van een persoon, zoals tijd of geld, worden opgeofferd. Het niet hebben van deze middelen kan een belemmering vormen voor verdere betrokkenheid bij burgeractiviteiten. Een ander vrij belangrijk aspect is het gebrek aan informatie over de huidige politieke kwesties die betrekking hebben op en gevolgen hebben voor bepaalde groepen of de samenleving en de mogelijkheden om hierover te discussiëren.
EU-kwesties op lokaal niveau brengen
Als we kijken naar het Europees burgerinitiatief als een bijzondere vorm van burgeractivisme op EU-niveau, zijn toegankelijkheid en bereik altijd van belang geweest voor de EU en de burgermaatschappij van Europa.
En de vraag hoe de efficiëntie en het bereik van het Europees burgerinitiatief kunnen worden verbeterd, is nooit dringender geweest dan nu, toen Europa wanhopig op zoek is naar meer manieren om dichter bij de burgers te komen.
Een manier om de informatieoverdracht efficiënter te laten verlopen is de bottom-upbenadering, waarbij alle informatie over Europese burgerinitiatieven in de eerste plaats via de nationale burgerplatforms wordt gekanaliseerd. Vanuit technisch oogpunt zou dit betekenen dat er in alle EU-lidstaten zeer goede en betrouwbare nationale platforms moeten zijn, waarbij de Europese dimensie daaraan wordt toegevoegd. Het wegnemen van de mentale barrières tussen de problemen van de nationale staten, die alleen betrekking hebben op hun burgers, en kwesties op EU-niveau, die alleen relevant lijken te zijn voor besluitvormers.
In dit model zouden nationale platforms een brug slaan tussen de lidstaten en de EU. Het probleem dat hier moet worden aangepakt is wellicht niet het gebrek aan motivatie. Het is het bestaande gebrek aan informatie over de lopende burgerinitiatieven op EU-niveau en waarom deze relevant zijn voor het dagelijks leven van de mensen. Door het EU-niveau naar het lokale niveau te tillen en EU-kwesties te integreren in de digitale omgeving die zij reeds kennen en begrijpen, kan de participatiegraad aanzienlijk worden verhoogd. Het kan helpen om burgers te betrekken bij kwesties op EU-niveau tijdens hun dagelijkse burgeractiviteiten in hun thuisland.
Sommige gemeenschappen achter de initiatieven doen al een goede taak om hun netwerken te gebruiken om de informatiestroom in verschillende lidstaten in gang te zetten. Zo heeft het initiatief voor bijenvriendelijke landbouw een netwerk gecreëerd met ondersteunende organisaties, zowel thematisch als infrastructureel. Het biedt deze organisaties interactieve widgets om het initiatief te ondertekenen. Deze breedtes kunnen op nationale of lokale locaties worden geplaatst en kunnen dienen als infrastructuur om het aantal verzamelde handtekeningen aanzienlijk te verhogen.
Auteurs
Annija EmersoneAnnija is een ervaren vakman op het gebied van digitale democratie en civiele technologie. Ze heeft meer dan 5 jaar managementervaring in een van de toonaangevende Europese organisaties voor digitale democratie MyVoice, gevestigd in Letland. Zij beschikt over extra deskundigheid op het gebied van gemeenschapsbetrokkenheid, communicatie en bedrijfsontwikkeling. Duurzaamheidsactivist per hart.
Neem contact op met haar op het forum!
Reageren
Om een reactie te plaatsen, moet u zich eerst aanmelden of registreren.